Rondreis IJsland met eigen auto, met de Faeröer

Je rijdt op eigen gelegenheid naar Hirsthals in Denemarken. Zorg dat je uiterlijk twee uur voor vertrek bij de boot bent. Het vertrek is om 15.30 uur.

Vandaag bevind je je bijna de hele dag op zee. Aan boord van de Norröna kun je gebruik maken van diverse faciliteiten zoals zwembad en fitness ruimte, er is een winkelgalerij aanwezig, uitstekende restaurants, bars en een nachtclub, speelruimte voor kinderen, sauna en solarium. 's Avonds kom je aan op de Faeröer eilanden en check je in bij je hotel in Tórshavn.

De Faeröer ligt midden in de Atlantische Oceaan, ergens halverwege Noorwegen en IJsland. De eilandengroep kenmerkt zich vooral door het vele groen van grassen en mossen die op de basaltbodem groeien. Bomen zijn er niet. Doordat de Warme Golfstroom langs de archipel stroomt heeft het een vrij mild klimaat, vergelijkbaar met dat van IJsland. Dus wisselvallig weer, waarbij zon, mist en regen elkaar snel kunnen afwisselen. Deze komende drie dagen kun je het zelf gaan beleven! De hoofdstad Tórshavn ligt op het grootste eiland van de Faeröer, Streymoy. Het is een gezellig stadje waar men kan rondzwerven langs oude pakhuizen, prachtige kerken en schepen in de haven. Je hebt voldoende tijd om ook buiten de hoofdstad het één en ander te gaan bekijken. Zo is daar het schitterend gelegen dorpje Saksun, dat eigenlijk een openluchtmuseum is. Het meest noordelijke dorp, Tjörnuvík oogt schilderachtig en kijkt uit over de twee beroemdste rotsen van de Faeröer.

Er zijn vele mogelijkheden om nader kennis te maken met deze bijzondere eilandengroep. Voor de wandelaars zijn er diverse routes beschikbaar; vraag ter plaatse naar de mogelijkheden. Met de auto kun je op je gemak langs de vele kleine vissersplaatsjes rijden en voor de vogelaars zijn er prachtige bootexcursies te maken naar diverse broedplaatsen van zeevogels op de kliffen. De vogelrotsen van Vestmanna zijn hier een goed voorbeeld van en zeker de moeite waard.
Je kunt ook informeren bij de Tourist Information of er activiteiten zijn in het Nordic House. In dit
cultureel centrum zijn er vaak folkloristische shows en er worden hele interessante kunstwerken tentoongesteld van Faeröerse kunstenaars, waaronder Tróndur Patursson en Rannvá Kunoy.

Voordat je opnieuw inscheept voor de tocht naar IJsland heb je nog voldoende tijd voor een laatste wandeling, spectaculaire excursie of bezoek in de omgeving. Een aanrader is om naar Kikjubøur te rijden, iets ten zuiden van Tórshavn gelegen, aan de kust. Historisch gezien is het bijzonder interessant omdat het één van de eerste bewoonde plaatsen van de Faeröer eilanden is. Er staan verschillende oude gebouwtjes, waaronder een niet-afgebouwde kathedraal, de St. Olavs kerk en huizen met grasdaken. De boot zal om 18.00 uur vertrekken.

In de ochtend bereik je IJsland waar je direct op pad gaat vanuit Seydisfjördur. Het is een korte rit naar Egilsstadir, de belangrijkste plaats in Oost-IJsland, gelegen aan de rivier de Lagarfljót. Deze is hier zo breed dat het een meer lijkt. Je hebt nog bijna de hele dag de tijd om de omgeving te verkennen. Een rit langs het meer is aan te bevelen. Op deze route kom je onder andere bij Hallormsstaðaskógur, een heus 'bos', wat bijzonder is voor IJsland. De wandeling naar de 128 meter hoge waterval Hengifoss is schitterend. Het is ongeveer één uur enkele reis en onderweg heb je prachtige uitzichten over de omgeving en zie je de waterval Litlanesfoss, die wordt omringd door basaltzuilen.
Een andere optie om naar het noordoosten te rijden. Via een prachtige rit over de bergen rij je naar Borgarfjördur Eystri. Je kunt wandelen in de omringende kale en rotsige bergen, die prachtige kleuren hebben. Rijd ook naar de haven, die ongeveer vijf kilometer voorbij het dorp ligt. Hier is een zeer makkelijk toegankelijke vogelrots, waar o.a. papegaaiduikers nestelen (tot begin augustus).
Je overnacht in Egilsstadir.   

De mooie en lange route leid je al slingerend langs markante fjorden en kliffen naar je overnachtingsplaats. Warm aanbevolen is onderweg het plaatsje Djúpivogur. In het sfeervolle havencafé kun je heerlijk gebak eten of lunchen. Er is ook een klein museum gevestigd. Je vervolgt de ringweg naar het zuidwesten en komt bij de plaats Höfn en vervolgens in de omgeving die door de grote Vatnajökull gletjser wordt beheerst. Eén aspect daarvan is het beroemde gletsjermeer Jökulsárlón, waarin ijsbergen in de meest wonderlijke vormen ronddrijven. Je kunt langs het water lopen of een boottochtje maken. Overnachting in de omgeving van Skaftafell / Kirkjubaejarklaustur.

Vandaag blijven we in de omgeving van Skaftafell of Kirkjubaejarklaustur. Skaftafell Nationaal Park gelegen aan de voet van de gletsjer Vatnajökull is zeer geschikt om te wandelen. Het bloemrijke gebied kent een aantal zeer duidelijk gemarkeerde wandelingen, vaak langs gletsjertongen en met prachtig uitzicht op zowel ijzige massa’s als op de spoelzandvlaktes bij zee. Je kunt o.a. naar de waterval Svartifoss lopen, maar er zijn nog veel meer mogelijkheden (van 1 uur tot 8 uur). Eveneens kun je een excursie naar het vogeleiland Ingólfshöfdi maken (optioneel, 3-4 uur). Een lokale gids neemt je mee op pad en laat je de vele papegaaiduikers, grote jagers en andere zeevogels zien, die hier tot begin augustus in grote aantallen nestelen. In de buurt van Kirkjubaejarklaustur zijn een paar mooie wandelingen uitgezet. Ook de korte wandeling bij de kloof Fjadrárgljúfur is de moeite waard. Je overnacht op dezelfde plek als gisteren.

Je rijdt richting Vík en daarna rijd je over een spoelzandvlakte, gevormd door de Katla, een vulkaan die schuil gaat onder de Mýrdalsjökull ijskap. Deze is verbonden met de Eyjafjallajökull, die in 2010 bekend is geworden door de grote vulkaanuitbarsting. In de omgeving van Vík liggen een aantal vogelrotsen, waarbij je Dyrhólaey zeker niet mag overslaan. Tot begin augustus nestelen hier papegaaiduikers (van mei tot circa 20 juni is het gebied beperkt geopend i.v.m. het broedseizoen). Na zwarte zandstranden en enkele watervallen kom je in Skógar. In Skógar is een museum, dat een goed beeld geeft over hoe de IJslanders leefden aan het begin van de vorige eeuw. De Skógafoss is een hele hoge waterval, waar het water 60 m naar beneden stort. Ook hoger in de rivier liggen prachtige kleinere watervallen, die te voet makkelijk te bereiken zijn. Na Skogar rijdt je verder langs de ringweg. Overnachting in de omgeving van Skogar/Hella.

Je rijdt verder langs de ringweg richting de gouden cirkel. Hier kan je nog een waterval bezoeken, namelijk de Seljalandsfoss. Je kunt achter deze waterval langslopen. Onderweg heb je mooi uitzicht op IJslands beroemdste vulkaan, de Hekla, die voor het laatst in 2000 tot uitbarsting kwam en je kunt de Westman eilanden voor de kust zien liggen. Sinds 2010 is er een nieuwe haven bij Landeyar, vanwaar je met de ferry in een half uur op Heimaey bent. Het grootste en enige bewoonde eiland van de Westman eilanden. Als je het goed plant kun je vandaag een bezoekje brengen aan deze eilandengroep met  een rijke vulkanische historie. Op Heimaey is in 1973 de Helgafell uitgebarsten. Tijdens je bezoek krijg je een goede indruk van het leven op dit eiland zo onder de rook van de vulkaan. De route langs de zuidkust gaat uiteindelijk het binnenland in en brengt je uiteindelijk in het gouden cirkel gebied waar je zult overnachten. Als je tijd hebt kun je al een deel van de gouden cirkel bezoeken.

Voor vandaag staat de gouden cirkel op het programma, drie hoogtepunten van IJsland die je niet mag missen! Allereerst bezoek je het bekende hete bronnen gebied Geysir met de geiser Strokkur, die wel tot 20 meter hoog de lucht inspuit. IJslands beroemdste waterval Gullfoss ligt 10 kilometer van het Geysir gebied. Een enorme hoeveelheid water uit de rivier de Hvitá valt in twee trappen naar beneden, een spectaculair gezicht. Het Nationale Park Thingvellir ligt precies op de plaats waar de Europese en Amerikaanse continenten van elkaar afdrijven, waardoor enorme scheuren in het landschap zijn ontstaan die nergens beter te zien zijn dan hier. Vanaf Thingvellir is het niet ver meer rijden naar de hoofdstad van IJsland waar je kunt dineren in één van de vele gezellige restaurants die Reykjavík rijk is. Twee overnachtingen in Reykjavík.

Reykjavík heeft een levendig centrum met zowel souvenirwinkels met prachtige wolproducten als de meest moderne boetieks, restaurants en cafés. De winkelstraat Laugavegur en haar zijstraten ogen zeer gemoedelijk en na alle mooie natuur van de eerste week is het leuk om deze bruisende sfeer te proeven. Wanneer je het shoppen moe bent is een bezoek aan één van de vele buitenzwembaden van Reykjavík een goede plek om IJslanders te ontmoeten. Er zijn ook een aantal excursies vanuit Reykjavík te maken, zoals een walvissafari. Een bezoek aan de Blue Lagoon en een rondrit over het schiereiland Reykjanes zijn eveneens prima opties voor deze vrije dag.

Je rijdt door naar de omgeving van Borgarnes/Reykholt. Even ten oosten van Reykholt liggen de sierlijke watervallen van Hraunfossar, die halverwege de lava tevoorschijn komen. Ook heb je van hieruit een mooi uitzicht op een groot aantal gletsjers, met name de Eiriksjökull en de Langjökull. Verder kent dit gebied veel heetwaterbronnen, waaronder de Deildartunguhver, IJslands grootste hete bron, met 200 liter kokend water per seconde. Daarna vervolg je de route naar het ongerepte schiereiland Snaefellsness. Dit deel van IJsland wordt niet druk bezocht en kenmerkt zich door de besneeuwde vulkaan de Snaefellsjökull, die bij helder weer zelfs vanuit Reykjavík te zien is, en de prachtig gekleurde bergen en bemoste lavavelden die je onderweg tegenkomt. Twee overnachtingen op het schiereiland Snaefellsnes.

Het schiereiland is een oase van rust en het is dan ook heerlijk om hier op je gemak rond te rijden. Aan de zuidkust ligt het vissersplaatsje Arnarstapi, met een haventje en de spannende kustlijn. Door de aanwezigheid van basaltrotsen en bizarre kliffen is dit de broedplaats voor veel zeevogels (o.a. drieteenmeeuwen en noordse sterns). Je kunt er een leuke wandeling maken naar het volgende kustdorpje Hellnar en terug, in totaal ongeveer 2-3 uur. Bij de voormalige haven Budir kunnen we over oude lava lopen, het kleine kerkje bekijken en koffie drinken in het bijzonder sfeervolle restaurant. Wanneer je doorrijdt naar de noordkant van Snaefellsness kom je diverse kleine vissersdorpjes tegen. Stykkishólmur is de grootste plaats aan de Breidafjördur. De ferry naar de Westfjorden vertrekt er, vanuit de haven met de knaloranje vuurtoren. Je kunt hier ook een bijzonder leuke natuur- en vogelboottocht maken.

Vandaag rijd je verder naar het noorden, naar het gebied rond de Skagafjördur, bekend om de IJslandse paarden. Op weg daar naar toe kun je kiezen voor een rit over het schiereiland Vatsnes. Bij mooi weer is dit absoluut een aanrader. Vanaf de weg langs de kust heb je schitterend uitzicht op verre kustlijnen. Na de ronding van het schiereiland bezoek je de basaltrots Hvítserkur, een 15 meter hoge rotsformatie in zee, die lijkt op een prehistorisch dier. Als je naar het strand afdaalt en stukje langs de zee loopt, heb je bovendien een grote kans om zeehonden te zien zwemmen of te zien liggen op de zandbanken. Bij minder mooi weer kun je tot Hvítserkur rijden en weer terug naar de ringweg. Je vervolgt de route naar Varmahlíd. Varmahlíd is het centrum van de IJslandse paardenfokkerij en vandaag heb je de mogelijkheid om bijvoorbeeld een korte rijtocht op een echt IJslands paard te maken. Een mooie gelegenheid om kennis te maken met dit bijzondere paardenras. De museumboerderij van Glaumbaer is zeker een bezoek waard, de authentieke boerderij met grasdaken laat goed zien hoe de IJslanders vroeger leefden. Voor de avonturiers biedt Varmahlíd schitterende raftingtochten aan over één van de snelstromende gletsjerrivieren in dit gebied.

We rijden verder naar Akureyri, ook wel de hoofdstad van het noorden genoemd. Je kunt onderweg eerst een mooie route rijden over het schiereiland Trollaskagi. Je rijdt dan richting Siglufjördur. Onderweg moet je zeker een duik nemen in het zwembad van Hofsos. Vanuit dit bad heb je een spectaculair uitzicht over het fjord. Siglufjörður is een dorp wat ontstaan is uit de haringvisserij. In de begin van de 20ste eeuw was dit de belangrijkste vissersplaats voor de haringvisserij. Het dorpje groeide snel naar ruim 3000 inwoners. Toen de haringscholen voor de kust van IJsland verdwenen raakte Siglufjörður snel in verval. In het museum wordt de opkomst, hoogtij en het verval weergegeven. Het noordelijk deel van het schiereiland Tröllaskagi bestaat uit een grillig bergmassief. De vissersplaatsen lagen van oudsher zeer geïsoleerd en waren vroeger alleen over zee bereikbaar. In de loop van de tijd zijn steeds meer wegen aangelegd en de dorpen zodoende over land ontsloten. Er kunnen mooie wandelingen gemaakt worden in het berggebied. Vanuit Dalvik kun je optioneel een walvistocht gaan maken. Uiteindelijk kom je weer op de ringweg. In Akureyri tref je onder meer een aantal musea, een mooie botanische tuin en een heerlijk zwembad. Vergeet ook niet de hooggelegen, avant-gardistische kerk met bijzondere glas-in-lood ramen te bezoeken. Je overnacht in deze stad of in de omgeving.

Via de historische Godafoss waterval komen we aan in het gebied rond het meer Mývatn. Er zijn hier vele bezienswaardigheden, bijvoorbeeld Námaskard, een gebied met hete modderpoelen, gelegen aan de ringweg. Als je wilt ontspannen raden we het Nature Bath aan. Dit is een mineraalrijk bad, net als de Blue Lagoon, gelegen in Jardbardshólar, vlakbij het pruttelende Námaskard. Er zijn twee mooie wandelingen te maken, waarbij je de meeste hoogtepunten zult zien. Een halve dagtocht is bijvoorbeeld de wandeling door het lavalabyrint Dimmuborgir, naar de Hverfjall (een explosiekrater) en de Grotagjá (een grot met warm water). Een andere halve dagtocht is een bezoek aan het gebied rond de Krafla. Dit is een vulkanisch gebied, met lava en kraters, dat onder andere in de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw nog actief was. Overal komt er stoom uit de grond en ruikt het naar zwavel. 

Vanuit Mývatn is tevens een mooie tocht te maken langs de noordkust. Allereerst naar Húsavík, waar je een walvisexcursie of een boottocht naar het eilandje Lundey kunt maken. Iets verder naar het oosten ligt het Nationaal Park Jökulsárgljúfur. Dit park herbergt de grote gletsjerrivier Jökulsá á Fjöllum en een schitterende kloof. Aan de noordkant ligt het hoefijzervormige dal Ásbýrgi, dat door zijn beschutte ligging dicht begroeid is met berkenbomen. Daarna bezoek je de indrukwekkende waterval Dettifoss. Na de Dettifoss rijdt je terug naar Mývatn. 

Je kunt ook besluiten om één van beide dagen te gebruiken om een dagexcursie naar de Askja te maken. Je maakt kennis met het ruige lavalandschap bij de caldera van de Askja. Astronauten hebben hier in het verleden getraind en als je dit gebied bezoekt zul je vanzelf begrijpen waarom.

’s Morgens heb je nog tijd om een laatste bezienswaardigheid bij Mývatn te bezoeken. Daarna rijd je via een prachtig en vrijwel verlaten steenwoestijngebied naar het oosten. Het is een mooie route en bij helder weer kun je onderweg één van IJslands mooiste tafelbergen, de Herdubreid, vanaf een afstand bekijken. Je kunt stoppen voor koffie of de lunch bij Mödrudalur of Saenautasel, boerderijen waarvoor je de ringweg moet verlaten. Je overnacht in de omgeving van Egilsstadir. Egilsstadir is de belangrijkste plaats in Oost-IJsland. Toch wonen er maar ongeveer 1600 mensen en is het pas vanaf 1950 gaan uitgroeien tot administratief centrum voor de regio.

N.B. Bij vertrek op 5 en 12 augustus verblijf je een dag korter op IJsland. Vertrek dag 19 vanuit Seydisfjördur om 20.00 uur. Aankomst dag 22 in Hirtshals om 11.00 uur.  

Een korte rit brengt je weer bij de oostkust, waar je in de haven van Seydisfjördur, opnieuw aan boord gaat van de Norröna. Je vertrek staat om 10.30 uur gepland. 

Aan boord van de Nörrona. Het schip doet Tórshavn aan, maar er is geen tijd om aan land te gaan.

Om circa 12.30 uur zal de aankomst in Hirsthals zijn, het eindpunt van deze zeer afwisselende reis.